Computationeel denken

Computationeel denken is een probleem op een zodanige manier benaderen dat het uiteindelijk opgelost kan worden door een computer. Maar computationeel denken is meer dan (alleen) programmeren! 

We kunnen dat ook integreren in ons vak (LO). Ik geef de leerlingen een basketbal les, ze moeten twee tegen twee kunnen spelen. Maar de leerlingen gaan dat zeker niet kunnen in het begin. Daarom moeten we ons probleem 'in stukjes hakken' (decompositie van het probleem), zodat het beter te begrijpen en op te lossen is. Na dat de leerlingen hebben opgewarmd, gaan ze een pasoefening uitvoeren zodat ze zeker een gerichte pas kunnen geven aan hun teamgenoot. In dit pasvorm, focussen we vooral, dat de leerlingen met de juiste techniek een gerichte pas kunnen geven. We oefenen hier op de bots- en borstpas. Na de pasvorm, gaan de leerlingen over naar een dribbeloefening, waarbij ze met de linker- en rechterhand moeten dribbelen (dribbelparcours). Omdat ze dat ook zeker en vast nodig zullen hebben in de wedstrijd. Als laatst gaan de leerlingen de shot en layup oefenen. Ik leg de stappen uit om een layup uit te voeren met de juiste techniek en ik geef ze de nodige aandachtspunten. Na dat de leerlingen, de layup hebben geoefend. Gaan we over naar de shot, die ze met de juiste techniek moeten uitvoeren. Voordat ze van een lange afstand gaan shotten/gooien, leer ik ze de juiste techniek om een 'goede' shot uit te voeren en we beginnen met shotten vanuit een korte afstand.

De leerlingen hebben de stappenplan gevolgd, om zo een wedstrijd twee tegen twee te kunnen spelen. In het begin van de les, konden de leerlingen geen fouten opsporen om ze te kunnen oplossen. Maar na de stappenplan die zij gevolgd hebben, hebben de leerlingen de vaardigheid om fouten op te sporen en zo de fouten laten verdwijnen/oplossen.